woensdag 12 september 2018

Gele luzernevlinder

 Ballerina gele kwikstaartIk meende even uitgeblogd te zijn. Nadat ik de zóveelste watersnipfoto had geschoten. Maar de afgelopen weken kwam ik toch weer een lifer tegen. En leerde ik weer wat bij over de vogels die ik hier al meerdere keren heb laten zien. 



Op nóg jongere leeftijd zijn ze helemaal bruin. Jonge spreeuwen. Menig beginnend vogelaar heeft zich daarbij afgevraagd wat voor vogeltje dít nu weer is! Op deze foto is dat natuurlijk overduidelijk.









Zo stom. Het lukte me maar niet om het verschil tussen juveniele kleine plevieren en juveniele bontbekplevieren te zien. Terwijl het heel simpel is. De bontbekplevieren (bovenste foto) hebben een witte wenkbrauwstreep. Hoe heb ik daar in mijn vogelboeken en -apps zo overheen kunnen kijken?! Nou ja, nu vergeet ik het waarschijnlijk nooit meer. 














Zou het dezelfde blauwe reiger zijn? Ik zag met tussenpoos van een week twee keer op dezelfde plek een reiger met een grote prooi in zijn snavel. De ene keer vergezeld door een watersnip. Een week later gretig in de gaten gehouden door een hongerige kokmeeuw. Volgens mij heeft hij op de tweede foto een snoekje gevangen.




Nee, dit is geen boeddhistische reiger. Door op het heetst van de dag zijn vleugels op deze manier in de zon te houden verlaten parasieten het verenkleed.









Véél paapjes in de najaarstrektijd. Wel steeds ver weg en/of in slecht fotografeerlicht. Maar dat komt misschien nog wel goed de komende maand. Duidelijkste herkenningspunt (ze lijken nogal op roodborsttapuiten): de opvallende wenkbrauwstreep.





Ik had de gele luzernevlinder al een paar keer langs de Oude Waal zien fladderen. In een rotvaart die het mij onmogelijk maakte om ook maar een bewijsplaatje te schieten. De laatste keer had ik meer geluk. Een 'lifer' en best een zeldzaam beestje. Altijd leuk. (Voor de rest is het nou niet echt een beeldschoon vlindertje.)




Ja, een boer mag een dode zwarte kraai ophangen om hem als vogelverschrikker te gebruiken. Of het zinvol is schijnt nog maar zeer de vraag te zijn.




Ik ben een slordige vogelaar. Als ik naar de oranje pootjes van deze braamsluiper had gekeken dan had ik gélijk kunnen weten dat het een grasmus is. In plaats van vijf dagen later. 

En nog een dag later blijkt het tóch een braamsluiper te zijn. En vraag ik me af waar ik in hemelsnaam die oranje pootjes gezien dacht te hebben...




Mijn eerste (en vooralsnog enige) tapuit van dit jaar. Dus dan moet-ie echt, ondanks dat het een heel-grote-afstandsfoto is, op mijn blog. Het lijkt me een vrouwtje.




Ik had hem al twee keer eerder op precies dezelfde plek gezien. Deze fletse blauwborst. Een heel eind ver weg, waardoor ik er geen foto van kon maken die ik de moeite waard vond om hier te laten zien. Maar ja, als-ie dan achtereenvolgens naast een oeverloper en een drietal watersnippen (één op de foto) gaat zitten, dan knal ik hem natuurlijk onmiddellijk op m'n blog.






Mijn derde afgelopen winter niet doodgevroren ijsvogel pas. Wat het weer een ouderwets vreugdevolle waarneming maakte. Een tijdlang zag ik die vogel letterlijk wekelijks. Waardoor het op een gegeven moment ook wel een beetje gewoontjes werd. Leve de strenge winter dus! (Nu word ik uit mijn vogelwerkgroep gegooid.)

O ja, voordat hij naar deze boot vloog zat hij vlák naast twee grote gele kwikstaarten. Had een heel leuke foto kunnen opleveren als er niet een struik voor had gestaan.







Een dag later tijdens een uurtje posten zit-ie er wéér! Ditmaal heel vriendelijk poserend op wat rotsblokken in het water. 



In eerste instantie moest ik hem dwars door wat takkenwerk heen zien vast te leggen. 




Maar na verloop van tijd kwam hij steeds beter in beeld. Ook al was de afstand nog behoorlijk groot.





Desalniettemin zijn dit de aardigste ijsvogelplaatjes die ik tot nog toe geschoten heb. Leermoment: de snavel is compleet zwart. Dus het is een mannetje. Vrouwtjes hebben een oranjerode ondersnavel.

Ditmaal werd hij vergezeld door maar liefst vijf grote gele kwikstaarten. Waaruit ik meen te mogen opmaken dat het paartje kwikstaart minstens één broedsel met succes heeft afgesloten.







Die kwikstaarten kreeg ik niet mooi op de foto. Deze ruisschermafbeeldingen vind ik echter aardig genoeg om hier te plaatsen omdat-ie zo leuk z'n overbelichte veren zit te poetsen. 




Twee dagen later, zelfde plek. Wederom een slechte foto. Maar ik heb er nu wel mooi vier op één plaatje. De ijsvogel liet zich deze keer niet zien. 

Doorfietsen naar de Oude Waal.







Een vuile geluksvogel indeed! De eerder genoemde blauwborst zat nog steeds op dezelfde plek. In eerste instantie vergezeld door een blauwe reiger. Even later ietsje dichterbij een bad nemend.
(Ik hoop natuurlijk dat ik de laatste 2018-blauwborstwaarnemer van de vogelwerkgroep zal zijn. Vooralsnog zit ik snor.)






Zo'n kleine zilverreiger bezorgt je veel meer kijkplezier dan z'n neven grote zilver en blauwe. Continu waadde hij vlot door het water. Een expressieve waterspiegeling met hem mee torsend.





Af en toe met wapperende vleugels in de versnelling. 










In het uurtje dat ik er zat pikte hij verschillende keren visjes uit de plas. Terwijl de blauwe reiger een stukje verderop stokstijf niks zat te vangen. Als hij niet met zijn verenkleed bezig was.








Behalve dat hij een stuk kleiner is dan de grote zilverreiger herken je hem aan z'n zwarte snavel. (Al is die van de grote in de broedperiode ook zwart...)







En, als hij zo vriendelijk is om z'n poten op te tillen, herken je hem aan z'n gele voeten.








Niet op de foto maar het viel me wel al eerder op; reigers poepen niet in het water. Ze lopen naar de oever om daar hun behoefte te doen. Dat zag ik in ieder geval voor de tweede keer. Nou ja, begrijpelijk. Ik poep doorgaans ook niet in m'n bord groentesoep. Maar netjes naast de eettafel.

(Ja, ik weet het. Wel érg veel foto's van die kleine zilverreiger. Maar ik kon geen keuze maken.)




O ja, misschien toch wel interessant om even te laten zien; de zwarte-sternvlotjes staan nu cómpleet droog. Inclusief craquelure in de modder.

maandag 3 september 2018

Pauze



Ik ben een beetje blogmoe. (Teveel herhaling.) Mocht je willen bekijken wat ik de laatste tijd zoal aan vogels (en andere dieren) heb gezien dan kan dat op deze waarneming.nl-fotopagina.

Ik meld me weer bij wederkerende blogdrang.