Vogelen in Meinerswijk met collega L. leek op een lichte teleurstelling uit te draaien. Het ijsvogeltje dat ik hem beloofd had werd alleen door mijn eigen ogen waargenomen, het puttertje dat hem volgens mijn gepoch, vermits goed in beeld, ter plekke een vogelverslaving zou bezorgen, liet zich alleen bovenin een métershoge boom zien. Op honderd meter afstand. Met tegenlicht. De rietgors zat ook meters te ver weg en de roodborsttapuit was nog niet rijp. (De fletste robotap die ik ooit heb gezien.)
Zelfs in een klein bos wat verderop kwamen we niet verder dan de roep van een grote bonte specht en kon L. nog maar net de gele vleugelstreep van een groenling ontwaren.
Op de fietstocht terug naar huis volgde echter het spektakel: een jagende boomvalk, prachtig in beeld! Zelfs de tot dan toe uiterst slaperige en verschillende keren geeuwende L. (hij had van mij al om ácht uur klaar moeten staan) was in één klap wakker en, voor zijn doen, schrikbarend enthousiast over deze prachtige, felle, roodgebroekte roofvogel. Het beestje ving verschillende insecten, iets muisachtigs, en had bijna een zwaluw te pakken.
Ik kon L. tevreden bij zijn partner afleveren en vogelde zelf vervolgens nog een paar uur door. (Vijf uur 's ochtends opgestaan, zeven uur 's avonds weer thuis. Nieuw record, geloof ik...)
Ongelooflijk artistieke foto van een Konikmoeder met haar rustende jong.
Ongelooflijk artistieke selfie. Collega L. verrekijkt naar een puttertje hoog in de boom.
Op de plek waar ik vorig jaar verschillende keren naar een roodborsttapuit ben wezen kijken, was ik nu niet meer welkom. (De roodborsttapuit zal ook wel door de tureluurs verjaagd zijn.)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten