maandag 7 juli 2014

Hatertse Vennen




















Kan dat wel volgens de statistieken? Binnen twintig minuten een groene specht, een zwarte spechten-echtpaar en een kleine bonte specht zien? (Nee, ik was niet in de dierentuin.)

Mijn broer mailt dat mijn dode moedertje eindelijk haar grafsteen heeft, dus ik besluit om mijn voorgenomen wandelvogeltocht vanaf de begraafplaats te starten.


Het graf ligt er netjes bij, mede dankzij de bloemetjes die tante P. en ik er toevallig een paar dagen eerder geplant hadden. Geen taal- en/of spelfouten op de steen, dus dat is ook mooi meegenomen. Vader en moeder samen in een graf. 'Zwart op wit', in steen gebeiteld dat ik nu officieel een weesje ben. Ik kan er niet meer onderuit. Somber volg ik met mijn oog de enorme libel die al rond mij vliegt sinds ik bij het graf stond. Da's natuurlijk de geest van mijn moeder die nog even afscheid komt nemen. Ze vliegt tamelijk stuurloos, dus is blijkbaar nog steeds zo dement als een deur. Ik besluit nog even rond te lopen op het kerkhof, stiekem hopend op het zien van een mooi vogeltje.


Een graf met een blauw vlaggetje met de cijfers veertien trekt mijn aandacht. Ik loop erheen. Er ligt een groen kunststof grasmatje voor de steen. Cruijff lééft toch nog...? Iets verderop zie ik iets bewegen in een boom. Een klein bol vogeltje, met een oranje borst en een spits snaveltje waarmee hij tegen de boom tikt. Te klein voor een specht. Het moet haast wel een boomklevertje zijn. Op hetzelfde moment verschijnt er een eekhoorn in beeld. Ik volg hem en zie hoe hij een andere eekhoorn tegen het lijf loopt. Beide zien er jong uit en hebben opvallend rafelige staarten. En beide lijken niet van elkaars gezelschap 
te zijn gediend. Een achtervolging begint. Met als hoogtepunt een razendsnelle horizontale sprint langs de dikke stam van een grote boom. Een eekhoorn-twister! Het is een wonderlijk gezicht, en als na zeker vijf rondjes om de stam hun wegen scheiden, voel ik me weer behoorlijk opgeknapt.

In de Hatertse Vennen is het een drukte van belang. Hardlopers, fluoriserende bejaarden met skistokken, kinderen, honden en campinggasten. Ik geloof nooit dat ik hier met die drukte een bijzonder vogeltje ga zien, maar besluit toch de zesenhalvekilometerwandeling te nemen.


Bij de eerste grote plas zie ik een wit kwikstaartje. Maar ís het wel een kwikstaartje...? Een kwartier lang bestudeer ik zijn uiterlijk, volg ik zijn golvende manier van vliegen, probeer ik zijn geluid te onthouden en teken ik hem in m'n schetsboekje. Dan kijk ik op mijn vogelherkenningskaart. Het is een wit kwikstaartje...





















Drie kwartier later is het al wat minder druk op de wandelroute. In een kale boom op een grote vlakte zie ik een viertal kraaien zitten. Achter ze heen vliegt een vogel langs. Een vaal geel/groene vogel. Het zal toch niet een vrouwtjeswielewaal zijn....?! 's Ochtends heb ik nog in Hans Dorrestijns boek 'Dudeljo!' een aantal onderhoudende verhalen gelezen van mensen die deze zeer schuwe, prachtig geel/zwarte vogel (het mannetje) ooit hebben gezien. Nee, dat zou té toevallig zijn. Bovendien komt die vogel hier bij mijn weten helemaal niet voor.

Ik loop even een heuvel op om het uitzicht te bekijken en wandel dan per abuis het pad weer in waar ik juist vandaan kwam. Dan zie ik hem weer. Deze keer heb ik voldoende tijd om hem in mijn kijker te vangen. Het is een specht! Een groene specht, volgens mijn kaart. Ook mooi, bedenk ik, en ik draai me weer om in de juiste wandelrichting. Héél in de verte zie ik in een (andere) kale boom twee zwarte vogels zitten. Ik ben in staat om te verdwalen in een wandelroute waar je alleen maar om de vijftig meter een geel paaltje hoeft te volgen, maar ik heb een oog voor detail als geen ander. Dat mag ik mezelf tenminste graag wijsmaken. Voor kraaien zijn ze niet groot genoeg, bedenk ik als ik dichter in hun buurt kom. De ene is wat kleiner dan de andere. Een koppeltje, neem ik aan. Het mannetje heeft een hamerkop en een middelgrote spitse snavel. Verdikkie, weer een specht! Een zwarte spechten-echtpaar! Best bijzonder, want Hans Dorrestijn is er ooit, met een klein kind achterop, vanaf het fietspad met zijn fiets een dennenbos voor in gevlogen om er een te kunnen zien. Nog geen kwartier later, iets verderop in het bos, hoor ik een geluid dat ik laatst ook al in de Bemmelse waard hoorde. Ik zie eenzelfde zwart/wit koppie als toen achter een stam. Als hij wegvliegt weet ik het zeker: de kleine bonte specht.

Drie soorten spechten binnen twintig minuten! Mijn dag kan niet meer stuk.

Jonkerbos

- Libel (een heel grote)
- Boomklevertje
- Eekhoorns

Hatertse Vennen

- Witte kwikstaart
- Groene specht
- Zwarte spechten
- Kleine bonte specht
- Roofvogelgokje: buizerd

Geen opmerkingen:

Een reactie posten