zaterdag 6 september 2014

Tevreden

Ik twijfel of ik nog even ga vogelen. Het dreigt te gaan regenen en mijn nog steeds opgezwollen en jeukende rechterhand voelt aan als een insectenmagneet. En hoe een insectenbeet in een insectenbeet voelt wil ik niet weten. Toch besluit ik wat langs het Wylerbergmeer te gaan struinen en daar blijk ik later verre van spijt van te krijgen. Het begint al goed op de Nieuwe Ubbergseweg, met een grote bonte specht die met zijn roep mijn blik naar de top van een grote kale boom trekt, waar hij lekker specht zit te zijn. Kort daarna ontdek ik een koppeltje roodborsttapuit en minstens zo kort dáárna raak ik licht opgewonden van de aanblik van een groene specht op een voetbalveld. Het echtpaar dat achter mij fietst en de plotseling remmende idioot met de verrekijker moet ontwijken lijkt minder enthousiast te zijn. Doodgereden worden met het beeld van een groene specht op je netvlies; ik kan me geen mooier einde bedenken! 

Te voet langs het meer kom ik weer één van de twee schildpadden van een tijdje terug tegen. Van de volgens wikipedia in Nederland voorkomende schildpadden, lijkt hij het meest op de onechte landkaartschildpad. Een Europese moerasschildpad zou misschien ook nog kunnen, maar die naam klinkt een stuk minder leuk. Bij een riviertje loop ik even het struweel in. Dat hoor je als natuurliefhebber altijd te doen want je weet nooit wat er rondzwemt of geschrokken het water in plonst. En verdomdverdikkie als het niet waar is; twee blauwe flitsen vliegen vlak boven de rivier aan me voorbij! Oóh, wat hou ik van blauwe flitsen! Tien minuten later komt een van de ijsvogels weer langsscheren om niet al te ver weg in het boomgebladerte te verdwijnen. Ik vraag me af of hij er nog zit en zie dan iets oranjeblauws in het water schitteren. 'Mooi dat die rare snuiter me hier niet kan zien!’ zal-ie gedacht hebben. Maar ik blijf lekker een minuut of tien naar zijn weerspiegeling verrekijken. Als ik later toch maar doorloop zie ik hem nog een tweetal keren over het water flitsen.

In een gemaaid weiland stikt het van de ganzen. Ze maken een hels lawaai en vanuit de lucht worden ze in v-vorm aangevuld met verse collega-ganzen.
De meeste zijn grauw maar er zitten ook een paar Canadezen tussen. Een zwarte kraai zit een buizerd vlak op de hielen en wat verderop bidt een valkachtige vogel een aantal meter boven de grond. Tussen al deze kabaalmakers staat een eenzame blauwe reiger naar wormen te zoeken.

Als ik richting Persingen fiets meen ik een grote vogel boven op het kerktorentje te zien zitten.
Ik zie het goed! 
Het is een haan.

Thuisgekomen lees ik in een recensie van mijn onlangs verschenen stripboek dat ik grappig ben.
Vandaag ben ik een tevreden mens.



























Ooijpolder / Wylerbergmeer

- Grote bonte specht
- roodborsttapuit
- Kokmeeuw 
- Groene specht
- Gaai
- Aalscholver
- Onechte landkaartschildpad (?)
- Meerkoet
- Fuut
- Koolmees
- IJsvogel
- Zwarte kraai
- Buizerd
- Grauwe gans
- Canadese gans
- Een of ander valkje
- Blauwe reiger
- Torenhaan
- Knobbelzwaan
- Haas
- Konijn
- Kerkhaan
- Vleermuis

Geen puttertje! Toch jammer.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten